UGent voerde samen met OP/TIL, De Federatie, en de negen amateurkunstenorganisaties een groot onderzoek uit naar amateurkunsten in Vlaanderen.
Enerzijds is een groot aantal Vlamingen bevraagd in een groot bevolkingsonderzoek. Daarnaast onderzochten Danspunt en de andere amateurkunstenorganisaties ook hun eigen achterban in een ledenonderzoek.
Op vrijdag 9 oktober stelden we de onderzoeksresultaten en de bijhorende publicatie DIT DOET ME WAT – Amateurkunsten in Vlaanderen voor, in aanwezigheid van Vlaams minister-president en minister van cultuur Jan Jambon.
“Vlaanderen kent een rijk landschap aan culturele amateurverenigingen, ze vormen de humus van talentontwikkeling. De amateurkunsten hebben een grote meerwaarde binnen het culturele veld en zijn een verrijking voor heel veel Vlamingen.” – Jan Jambon
Meer beoefenaars dan ooit
Wat moeten we vooral onthouden uit dat onderzoek? Dat er op tien jaar tijd bijna een half miljoen amateurkunstenaars zijn bijgekomen. Vandaag tellen we meer dan 2 miljoen Vlamingen die aan amateurkunsten doen.
Voornamelijk de jongste en de oudste leeftijdsgroepen hebben bovendien nog groeipotentieel. Amateurkunstenaars beginnen steeds vroeger, en ook na het pensioen worden amateurkunsten (opnieuw) opgepikt.
Bovendien zijn het vooral de ‘occasionele beoefenaars’ die stijgen: ze combineren verschillende disciplines en engagementen. Een stevige verbreding dus van het publiek voor amateurkunsten.
(lees onder de afbeelding meer resultaten)